Europa’s verborgen potentie in een veranderende wereldorde Europa’s verborgen potentie in een veranderende wereldorde

Europa’s verborgen potentie in een veranderende wereldorde

De verhoudingen lijken anders dan een paar maanden geleden en veranderen snel. Niet omdat er plots nieuwe problemen zijn, maar omdat bestaande machtsposities minder vanzelfsprekend worden. Vooral de Verenigde Staten lijken dat te voelen. Het nieuwe veiligheidsplan laat duidelijk zien dat Amerika opnieuw nummer één wil zijn. Die nadruk klinkt niet als zelfvertrouwen, maar eerder als een reactie op een kleiner wordende voorsprong.

Dit document is de National Security Strategy 2025 van de Verenigde Staten. Het beschrijft hoe de Amerikaanse regering de internationale veiligheidsomgeving ziet en welke strategische keuzes het land de komende jaren wil maken.

Dat maakt Europa beter zichtbaar. Niet omdat Europa zijn stem harder laat horen, maar omdat het contrast groter wordt. Waar Amerika zijn positie nadrukkelijk bevestigt, beschikt Europa over een reeks technologische bouwstenen die het zelf nauwelijks als strategisch vermogen ziet. Dat is precies de kern van Europa’s verborgen potentie: het is er al, alleen wordt het nog niet als zodanig herkend.

Sterke fundamenten die vaak onzichtbaar blijven

Wie naar de zichtbare digitale wereld kijkt, ziet vooral Amerikaanse dominantie met grote cloudplatforms, toonaangevende AI-modellen en diensten die wereldwijd worden gebruikt. Maar onder die zichtbare laag ligt technologie waarin Europa juist sterk is. Het gaat om chipmachines, telecom, industriële automatisering, open-source infrastructuur en regionale cloudalternatieven.

Europa blinkt uit in technologie waar weinig mensen bij stilstaan: chips, netwerken en industriële systemen. Het zijn geen producten die de voorpagina’s halen, maar zonder deze basis werkt de digitale wereld niet. Dat is een deel van de kracht van Europa, ook al wordt die niet altijd zo gezien.

ASML bepaalt wat er mogelijk is in chipproductie. Nokia en Ericsson vormen de ruggengraat van veel telecomnetwerken. Siemens en Bosch lopen voorop in industriële automatisering. Proxmox en Nextcloud laten zien dat open-source hier stevig verankerd is. En providers als OVHcloud, Scaleway, Hetzner en KPN bouwen aan alternatieven voor grote Amerikaanse clouds.

Het is een stabiel fundament. Alleen wordt het zelden gepositioneerd als strategisch vermogen.

Veel onderdelen, weinig richting

Europa’s grootste uitdaging is niet technisch. De kennis, industrie, infrastructuur en markt zijn er. Wat ontbreekt, is een gedeeld idee over hoe deze elementen samen een eigen positie kunnen vormen.

Close-up view of Germany on a colorful world map showing major cities.

Europa kiest traditioneel voor stabiliteit en regelgeving. Dat heeft voordelen, maar het levert geen duidelijke strategie op in een wereld waarin technologie steeds vaker wordt gebruikt om geopolitieke macht te projecteren. Daardoor ziet Europa zijn eigen sterktes eerder als sectoren dan als instrumenten.

Het gevolg is dat Europa vaak wordt neergezet als traag of afwachtend, terwijl het in werkelijkheid beschikt over bijna alles wat nodig is om een zelfstandige digitale koers te bepalen.

Amerika’s nieuwe toon als signaal voor Europa

Het veiligheidsplan van Trump klinkt vastberaden, maar de ondertoon is veelzeggend. Het benadrukt een positie die niet langer vanzelfsprekend voelt. Dat maakt het document vooral interessant als signaal dat de wereld in beweging is en traditionele verhoudingen schuiven.

Voor Europa is dat geen reden tot onrust, maar juist een kans om te bepalen welke rol het vrijwillig wil spelen. Digitale infrastructuur, cloud, energie, industrie en AI worden steeds belangrijker. Wie daarin een eigen koers kiest, hoeft geen kopie te zijn van andere machtsblokken.

Europa hoeft niet te concurreren om aandacht, maar het moet wel beseffen dat afwachten ook een keuze is, met bijbehorende risico’s.

Conclusie: potentie wordt pas kracht als het erkend wordt

Europa’s verborgen potentie gaat niet over iets toekomstigs, maar over een vermogen dat nu al aanwezig is. Het continent beschikt over sterke technologische fundamenten die een basis vormen voor digitale autonomie. Wat nog ontbreekt, is het besef dat deze fundamenten meer zijn dan industrie. Ze bepalen mede de geopolitieke ruimte die Europa heeft.

blue and white flags on pole

Europa heeft de mogelijkheid om een eigen koers te kiezen. Niet door rivaliteit, maar door helder te zijn over wat het wil zijn. Misschien is dat de verschuiving die nu plaatsvindt: Amerika probeert zijn positie vast te houden, China bouwt aan een nieuwe, en Europa ontdekt dat het zelf meer in huis heeft dan het lange tijd heeft gezien.

De vraag is niet of het continent de middelen heeft. De vraag is of het ze als strategisch vermogen wil inzetten. Misschien zien we die potentie pas echt nu een speler als Trump ons dwingt om scherper naar onze eigen positie te kijken. Wat ik alleen hoop, is dat Europa niet wegzakt in het verlangen naar beter weer onder een volgende Democratische president. Trumpisme blijft nog wel even bestaan. Dit is het moment voor Europa om op eigen benen te gaan staan.

Persoonlijke Disclaimer
Ronald van der Meer is werkzaam bij KPN als lead cybersecurity & compliance binnen een team dat IT-diensten levert aan zakelijke klanten en overheden. De inzichten en meningen in deze blog zijn op persoonlijke titel en vertegenwoordigen niet noodzakelijkerwijs het standpunt van KPN.